Gepubliceerd op 01-11-2017

terugblik

betekenis & definitie

terugblik - Zelfstandignaamwoord
1. een blik op voorbijgegane zaken
We moesten een terugblik van de periode schrijven.

terugblik - Werkwoord
1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van terugblikken
♢... dat ik terugblik

Woordherkomst
samenstelling van terug en blik