tarwe - Zelfstandignaamwoord
1. (graan) graan van het geslacht Triticum - een van de belangrijkste graansoorten waarmee de mensheid zich voedt
2. meest verbouwde tarwe soort (gewone tarwe of Triticum aestivum)
3. het zaad van tarwe, onder andere gebruikt voor het maken van brood en pasta
Woordherkomst
afkomstig van:
Middelnederlands: tarwe, tarve, teerv
Oudernederlands: tarwa (in Tarwedic)
Germaans: *tarwō
Indo-Europees: *dr̥Hu̯eh₂
Verwante begrippen
Andere graangeslachten: gierst, gerst, haver, rogge, rijst, Tarwesoorten (naast gewone tarwe): spelt, durum, dwergtarwe, eenkoorn of eenkoren, emmertarwe of tweekoren, kamut
Gepubliceerd op 01-11-2017
tarwe
betekenis & definitie