Gepubliceerd op 01-11-2017

substituut

betekenis & definitie

substituut - Zelfstandignaamwoord
1. (m) plaatsvervanger
2. (n) vervangingsmiddel
Ik rol een afgebrande lucifer tussen duim en wijsvinger en prik bijwijlen met de geblakerde spits in mijn vlees, een schraal substituut voor het roken. Alles voelt trouwens schraal.

Woordherkomst
afgeleid van het Latijnse 'statuere' (plaatsen) met het voorvoegsel sub-