Gepubliceerd op 02-11-2017

speel kwijt

betekenis & definitie

speel kwijt - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kwijtspelen
♢ Ik speel kwijt
2. gebiedende wijs van kwijtspelen
speel kwijt!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kwijtspelen
speel kwijt je?