Gepubliceerd op 31-10-2017

Oudnoords

betekenis & definitie

Oudnoords - Zelfstandignaamwoord

1. (taal) een Noord-Germaanse taal die gesproken werd tussen ongeveer de 8e en de 14e eeuw en die de voorganger van de Scandinavische talen was

Er zijn geschriften in het Oudnoords gevonden.

Woordherkomst

Afgeleid van Noords met het voorvoegsel oud-

Zie ook

Oudnoors