omtrent - Voorzetsel
1. rond, ten naaste bij, ongeveer
♢ Er is omtrent een miljoen mensen bijgekomen.
2. over, aangaande
♢ Hij wist weinig omtrent de moord op die man.
3. kort voor of na het tijdstip van
♢ Zij heeft omtrent elf uur 's ochtends een oude man beroofd.
Gepubliceerd op 04-12-2017
omtrent
betekenis & definitie