Gepubliceerd op 04-12-2017

ogief

betekenis & definitie

ogief - Zelfstandignaamwoord
1. (bouwkunde) kruisboog van een gotisch gewelf, waarvan de uitspringende armen, de welfribben of graten, elkaar diagonaalsgewijs in de top kruisen
2. (bouwkunde) Bij uitbreiding ook gezegd voor de eveneens gotische spitsboog of puntboog

Synoniemen
[1] kruisboog