noesach - Zelfstandignaamwoord
1. (Jiddisch-Hebreeuws) (muziek) geheel van traditionele melodiepatronen, met name bij de muzikale voordracht in de synagoge (vaak met een nadere bepaling van dat geheel, zoals in 'noesach Sefard' of 'noesach jamiem noraïem')
Woordherkomst
Herkomst: Hebreeuws
Gepubliceerd op 04-12-2017
noesach
betekenis & definitie