naaktloper - Zelfstandignaamwoord
1. iemand die zich zonder kleren in de openbare ruimte begeeft
♢ Henk Boom lijkt niets te zijn ontgaan. Hij biedt vooral voer voor kunsthistorici, die complete congresdebatten over symboliek en metaforen kunnen teruglezen. We komen de schilder in het boek tegen als alchemist, rozenkruiser, vastenprediker, magiër, surrealist avant la lettre, psychiatrisch patiënt, lid van een geheime sekte van naaktlopers.
Woordherkomst
samenstelling van naakt en loper
Synoniemen
adamiet, blootloper, bloterik, naturist, nudist, streaker, naaktrecreant
Verwante begrippen
naaktloperij, nudisme, naturisme
Gepubliceerd op 04-12-2017
naaktloper
betekenis & definitie