meepraten - Werkwoord
1. (inerg) samen met anderen over een onderwerp praten
♢ De gemeente heeft van het begin met de partijen meegepraat over de plannen.
♢ We zijn uit principe tegen, maar blijven wel meepraten.
2. kunnen ~: ergens ervaring mee hebben, iets ook meegemaakt hebben
♢ Hij kan erover meepraten.
Woordherkomst
samenstelling van mee(bijwoord) en praten(werkwoord)
Gepubliceerd op 04-12-2017
meepraten
betekenis & definitie