Gepubliceerd op 04-12-2017

mandaat

betekenis & definitie

mandaat - Zelfstandignaamwoord
1. (tijdelijke) volmacht, machtiging
2. opdracht krachtens welke men een functie vervult
3. bevelschrift
4. pauselijke verordening

Woordherkomst
Naamwoord van handeling van het Latijnse mandāre met het achtervoegsel -aat

Verwante begrippen
bevoegdheid, lastbrief, machtiging