lachten uit - Werkwoord
1. meervoud verleden tijd van uitlachen
♢Wij lachten uit
♢Jullie lachten uit
♢Zij lachten uit
Woordherkomst
uit lachten (werkwoord) en uit(bijwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan
Gepubliceerd op 04-12-2017
lachten uit
betekenis & definitie