Gepubliceerd op 04-12-2017

kreupelen

betekenis & definitie

kreupelen - Werkwoord
1. (ov) kreupel slaan, een persoon of dier dusdanig letsel toebrengen dat het zich voortbewegen blijvend bemoeilijkt of onmogelijk wordt
Het paard werd door de aandoening aan zijn hoeven gekreupeld.

kreupelen - Zelfstandignaamwoord
1. meervoud van het zelfstandig naamwoord kreupele