kraal - Zelfstandignaamwoord
1. een doorboord kogeltje van een kleurig materiaal bedoeld als versiering
♢ Je kunt kraaltjes rijgen tot een ketting of in een patroon op iets aanbrengen.
2. een bolrond voorwerpje
♢ Het gesmolten metaal verzamelde zich in kraaltjes op de bodem.
3. een ronde verdikking in een dunne laag metaal
4. een omheinde ruimte, gewoonlijk voor vee
Gepubliceerd op 04-12-2017
kraal
betekenis & definitie