kous - Zelfstandignaamwoord
1. (kleding) een aansluitend, meer of minder elastisch kledingstuk dat de voet en (een deel van) het been bedekt
♢ Er zit een gat in mijn kous.
2. een hulpmiddel om een brandstof in licht om te zetten, dat deel uitmaakt van een olie- of petroleumlamp
Woordherkomst
Ontleend aan het Picardische cauce, dat net als het Franse chausse ontwikkeld is uit het Latijnse calceus.
Synoniemen
[2] wiek, pit, kousje
Antoniemen
[1] sok
Gepubliceerd op 04-12-2017
kous
betekenis & definitie