klavier - Zelfstandignaamwoord
1. toetsenbord.
♢ Hij was het klavier kwijt dus kon hij de computer niet gebruiken.
2. (muziek) een reeks van knoppen die voor verschillende toonhoogten zorgen
♢ De organist was driftig op het klavier aan het slaan.
Woordherkomst
van middelnederlands clavier, van (oud-)frans clavier, van Latijn clavis (toets)
Gepubliceerd op 04-12-2017
klavier
betekenis & definitie