Kamerlid - Zelfstandignaamwoord
1. iemand die een zetel in een der kamers van de volksvertegenwoordiging bekleedt
♢ Na dit schandaal traden een aantal ervaren Kamerleden af.
Woordherkomst
samenstelling van Kamer en lid
Gepubliceerd op 30-10-2017
Kamerlid
betekenis & definitie