Gepubliceerd op 04-12-2017

jus

betekenis & definitie

jus - Zelfstandignaamwoord
1. (voeding) (kookkunst) saus voor spijzen, bereid uit vleesnat
Zuurkool met vette jus
Soep vooraf, ja dat is mijn menu
Kaantjes met bruine bonen
Flink veel ei, niet van dat gewone
Blokken kaas met mayonaise
Warme friet en ook saucijzen
Sperciebonen uit het vet
Pap van brood, zo is het maar net
(w:Sjef van Oekel|Sjef van Oekel)

2. (drinken) jus d'orange, sinaasappelsap, appelsiensap

Verwante begrippen
dipsaus, saus, vleessaus