inklapbaar - Bijvoeglijk naamwoord
1. samenvouwbaar en daardoor kleiner en makkelijker mee te nemen of op te bergen
♢ Joop Sinke krijgt de paraplu als het ware van huis uit mee. Als Utrechtse jongen gaat hij voor zijn vader in Het Gooi de deuren langs om regenschermen te venten. Een paraplu is nog geen inklapbaar wegwerpartikel, maar een accessoire voor de middenklasse.
Gepubliceerd op 04-12-2017
inklapbaar
betekenis & definitie