Gepubliceerd op 04-12-2017

huisarts

betekenis & definitie

huisarts - Zelfstandignaamwoord
1. (medisch) (beroep) een arts die de eerste lijn van opvang vormt voor een aantal vaste patiënten in de buurt
Ondersteuning van de huisarts vindt op dit moment onvoldoende plaats.

Woordherkomst
samenstelling van huis en arts