hekel - Zelfstandignaamwoord
1. (gereedschap) een werktuig gebruikt bij het verwerken van hennep of vlas
♢ Hij haalde de bundel hennepvezels over de hekel.
2. een sterke afkeer van iets
♢ Hij had een enorme hekel aan de herrie van zijn buren.
hekel - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hekelen
♢ Ik hekel
2. gebiedende wijs van hekelen
♢ hekel!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hekelen
♢ hekel je?
Verwante begrippen
antipathie
Gepubliceerd op 04-12-2017
hekel
betekenis & definitie