Gepubliceerd op 04-12-2017

grassoort

betekenis & definitie

grassoort - Zelfstandignaamwoord
1. één van de plantensoorten die behoort tot de grassenfamilie
Twee toernooien in minder dan anderhalve maand zouden de toch al kwetsbare grasbanen niet doorstaan. AEC-voorzitter Tim Phillips verwierp die vrees vorige week met grote stelligheid. Zijn oplossing? Rouleren. ,,We hebben hier 41 banen, terwijl je voor de Spelen maar tien wedstrijdbanen nodig hebt.'' Een krachtiger grassoort moet de rest doen. Dus of niemand zich zorgen wilde maken, stelde Phillips.
Granen zijn grassoorten waarvan de zaden eetbaar zijn voor de mens.

Woordherkomst
samenstelling van gras en soort