Gepubliceerd op 04-12-2017

gipsen

betekenis & definitie

gipsen - Werkwoord
1. (ov) met gips bestrijken, bestrooien of behandelen

gipsen - Bijvoeglijk naamwoord
1. van gips vervaardigd

gipsen - Zelfstandignaamwoord
1. meervoud van het zelfstandig naamwoord gips

Woordherkomst
afgeleid van gips met het achtervoegsel -en