giek - Zelfstandignaamwoord
1. (scheepvaart) rondhout bevestigd aan het onderlijk van een zeil
2. boom van een kraan of graafmachine
3. bij een wegwijzer het bord dwars op de paal
4. (scheepvaart) lange, smalle roeiboot, waarin de roeiers alleen achter elkaar en niet naast elkaar zitten
Woordherkomst
[4] van het Engels: gig
Synoniemen
[4] gig
Verwante begrippen
[1] mast
Gepubliceerd op 04-12-2017
giek
betekenis & definitie