Gepubliceerd op 04-12-2017

gezinshoofd

betekenis & definitie

gezinshoofd - Zelfstandignaamwoord
1. het hoofd van een gezin
Terugbladerend vanaf de ondergang van Nicolaas II, beland je bij diens vader Alexander III (de Kolos), die in 1881, na de moord op zíjn vader, de liberale Alexander II, met harde hand regeerde. Ook hij is een trouwe echtgenoot en een liefhebbend gezinshoofd, maar Sebag Montefiore maakt hem ronduit belachelijk door hem in zijn vrije tijd als een ongeremde drinkeboer neer te zetten, die uit een geheime ruimte in zijn laarzen stiekem cognac drinkt. Bezopen op de grond liggend, probeert de tsaar met zijn armen en benen zwaaiend passerende hovelingen pootje te lichten.

Woordherkomst
samenstelling van gezin en hoofd met het invoegsel -s-