gebabbel - Zelfstandignaamwoord
1. het praten over onbeduidende onderwerpen
♢ Het gezellige gebabbel van de kinderen op de achtergrond was zeer rustgevend.
2. ongunstig over iemand praten
♢ Het gebabbel over de buurvrouw die bij haar man was weggelopen was na enkele dagen weer voorbij, al snel had men weer een nieuw onderwerp om over te roddelen.
Woordherkomst
Naamwoord van handeling van babbelen met het voorvoegsel ge-
Synoniemen
[1] gekeuvel, gepraat, causserie, gewauwel
[2] geroddel, achterklap, kletskoek
Gepubliceerd op 14-11-2017
gebabbel
betekenis & definitie