fijnhakt - Werkwoord
1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fijnhakken
♢... dat jij fijnhakt
2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fijnhakken
♢... dat hij fijnhakt
Gepubliceerd op 14-11-2017
fijnhakt
betekenis & definitie