elven - Zelfstandignaamwoord
1. meervoud van het zelfstandig naamwoord elf
♢ Er stonden twee Romeinse elven (XI) op de lijst en dat schiep enige verwarring
elven - Zelfstandignaamwoord
1. datief van elf; bij tijdsaanduidingen na voorzetsels
♢ Het was nog ruim voor elven.
Uitdrukkingen en gezegden
♦ Zij waren met zijn elven.
Zij waren elf in getal.
Zie ook
Elfen, elfen
Gepubliceerd op 14-11-2017
elven
betekenis & definitie