duodecimaal - Bijvoeglijk naamwoord
1. twaalftallig, rekenend met veelvouden en machten van 12
♢ Nadat men de hoop had laten varen om het metrieke stelsel duodecimaal te maken, besloot men om dan ook de zaken maar niet half te doen. en de dag in 10 uren te verdelen en de cirkel in 400 graden.
2. (verouderd) als duodecimo, in klein formaat
♢ In 't aan Italië grenzende duodecimaal-vorstendommetje Monaco werd 6 Jan. een grondwet afgekondigd.
Woordherkomst
[1] van het Latijnse woord duodecimalis "twaalfde"
[2] van duodecimo met het achtervoegsel -aal
Verwante begrippen
[1] dozijn, gros, [1] binair, octaal, decimaal, hexadecimaal, sexagesimaal
Gepubliceerd op 13-11-2017
duodecimaal
betekenis & definitie