Gepubliceerd op 13-11-2017

duldeloos

betekenis & definitie

duldeloos - Bijvoeglijk naamwoord
1. niet te dulden, niet te verdragen
De terminale patiënt had een duldeloos lijden en vroeg dan ook om euthanasie.

Woordherkomst
Naamwoord van handeling van dulden met het achtervoegsel -loos met het invoegsel -e-

Synoniemen
hemeltergend, ondragelijk