drum - Zelfstandignaamwoord
1. vat vooral van vloeistoffen als olie, olievat
2. trommel van een drumstel
drum - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van drummen
♢ Ik drum
2. gebiedende wijs van drummen
♢ drum!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van drummen
♢ drum je?
Gepubliceerd op 13-11-2017
drum
betekenis & definitie