drieënzestigste - Rangtelwoord
1. nummer drieënzestig in een rij.
♢ Hij viert morgen zijn drieënzestigste verjaardag.
2. gedeeld door drieënzestig.
Woordherkomst
Afgeleid van het hoofdtelwoord drieënzestig met het achtervoegsel -ste
Gepubliceerd op 13-11-2017
drieënzestigste
betekenis & definitie