doopceel - Zelfstandignaamwoord
1. uittreksel uit het doopregister
2. (figuurlijk) iemands geschiedenis
♢ In maart van dit jaar leek Donald Trump al af te steven op een overwinning van de voorverkiezing van de Republikeinse Partij. Maar wie is hij eigenlijk, vroegen veel mensen zich af. Buitenlandredacteur Maartje Somers schreef destijds "een kleine doopceel van de man die in de Amerikaanse verkiezingen de ene overwinning na de andere boekt.
Woordherkomst
samenstelling van doop en ceel
Uitdrukkingen en gezegden
♦ iemands doopceel lichten
het verleden van iemand onderzoeken
Synoniemen
[1] geboorteacte, doopbewijs
[2] achtergrond, geschiedenis, verleden
Gepubliceerd op 13-11-2017
doopceel
betekenis & definitie