Gepubliceerd op 10-11-2017

buzzer

betekenis & definitie

buzzer - Zelfstandignaamwoord
1. (verouderd) apparaatje dat trilt als je het belt en door nummercodes een bericht kan ontvangen, het apparaat is vervangen door de mobiele telefoon
De huisarts keek op zijn buzzer en zag dat hij de praktijk met spoed moest terugbellen.
Leraren op basisscholen nemen de zoemende buzzers en `maxxers' van hun leerlingen direct in beslag. Maar werkende ouders blijven zo met hun kind in contact. “Als ze om tien over vier niet opneemt, piep ik haar op.'

Woordherkomst
uit het Engels

Synoniemen
zoemer, pieper, semafoon