buur - Zelfstandignaamwoord
1. een persoon die in andermans omgeving woont
♢ Beter een goede buur dan een verre vriend.
buur - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van buren
♢ Ik buur
2. gebiedende wijs van buren
♢ buur!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van buren
♢ buur je?
Gepubliceerd op 10-11-2017
buur
betekenis & definitie