Gepubliceerd op 10-11-2017

bungeejumping

betekenis & definitie

bungeejumping - Zelfstandignaamwoord
1. het aan een elastieken koord van grote hoogte naar beneden springen van een persoon, iets heel gevaarlijks doen voor de lol
Lotte van der Hout houdt het bij vakanties met haar vriend. „Sommige mensen vinden het heel raar dat ik niet wil reizen. Maar ik hoef niet per se op wereldreis of te bungeejumpen ‘omdat het kan’. Dat het kan betekent voor mij niet zoveel. Ik ben liever wat langer op één plek.”
Langs het dorp stroomt een rivier. De jongens lopen vaak over een brug. In de spannendste scène balanceren ze op de brugleuning. ,,Lopen over de leuning is een metafoor voor kind zijn. Het is de taak van volwassenen om te zorgen dat de kinderen niet aan de verkeerde kant naar beneden vallen. Jongeren hebben het idee dat ze zichzelf moeten bewijzen. Ze doen gevaarlijke dingen, zoals bungeejumping. Herinnert u zich nog de gasaanslag in de metro van Tokio een paar jaar geleden door een sekte? Bijna alle aanhangers van die sekte waren heel jong. Het waren kinderen op zoek naar drama. Met hun extreme gedrag zeiden ze: kijk eens, hier ben ik. Dat soort gedrag zou voorkomen moeten kunnen worden.''

Woordherkomst
Naamwoord van handeling van bungeejumpen met het achtervoegsel -ing

Synoniemen
elastiekspringen, benjispringen