borgen - Werkwoord
1. (ov) (techniek) vastzetten
♢ Een schroef borgen.
2. garanderen
♢ Zekerheid borgen.
borgen - Werkwoord
1. meervoud verleden tijd van bergen
♢Wij borgen
♢Jullie borgen
♢Zij borgen
borgen - Zelfstandignaamwoord
1. meervoud van het zelfstandig naamwoord borg
Synoniemen
[2] garanderen, waarborgen
Gepubliceerd op 10-11-2017
borgen
betekenis & definitie