Bobo - Zelfstandignaamwoord
1. (voetbal), (verkorting), (afkorting) de afkorting voor bondsbons, een bestuurder in de voetbalwereld
2. taalfamilie, onderdeel van de Soninke-Bobo talen, omvat 2 talen die in Burkina Faso en Mali worden gesproken door de Bobo
3. een Afrikaanse stam
Verwante begrippen
[2] Zuiders Bobo Madaré, Noorders Bobo Madaré
Gepubliceerd op 17-10-2017
Bobo
betekenis & definitie