bewogen - Bijwoord
1. een staat waarin je verkeert als iets je emotioneel geraakt heeft
♢ De man was diep bewogen toen hij hoorde dat zijn dochter bevallen was van een gezonde tweeling.
2. druk met veel gebeurtenissen
♢ Het huwelijk van de jongste dochter was een bewogen tijd in de familie.
3. vervoeging van bewegen
bewogen - Werkwoord
1. meervoud verleden tijd van bewegen
♢Wij bewogen
♢Jullie bewogen
♢Zij bewogen
2. voltooid deelwoord van bewegen
Woordherkomst
voltooid deelwoord van bewegen maar met een klinkerwisseling ee-oo (IPAː /e/ - /oː/)
Synoniemen
[1] aangedaan, ontroerd
Gepubliceerd op 10-11-2017
bewogen
betekenis & definitie