bevelen - Werkwoord
1. (ov) een dwingende opdracht geven
♢ Hij beval zijn soldaten de grens over te steken.
bevelen - Zelfstandignaamwoord
1. meervoud van het zelfstandig naamwoord bevel
Woordherkomst
Van het Middelnederlands bevelen, van een Protogermaanse wortel *felh- met het voorvoegsel be- met het achtervoegsel -en
Synoniemen
ordonneren
Antoniemen
gehoorzamen
Gepubliceerd op 10-11-2017
bevelen
betekenis & definitie