beekloopjes - Zelfstandignaamwoord
1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord beekloop
♢ Oude rivier- of beekloopjes, heidevelden of veengronden, waar de mens met zijn handen vanaf is gebleven of de belangstelling voor heeft verloren, trekken Groen het meest.
Woordherkomst
beekloopje met uitgang -s
Gepubliceerd op 10-11-2017
beekloopjes
betekenis & definitie