armlengte - Zelfstandignaamwoord
1. afstand ter grootte van een gestrekte arm
♢ Cohen merkt in een krantenartikel op dat soldaten met hun moentji in de barakken sliepen in kooien die niet meer dan een armlengte van de volgende man verwijderd waren en zonder enige afscheiding die ook maar de schijn wekte van privacy.
Woordherkomst
samenstelling van arm(zelfstandig naamwoord) en lengte(zelfstandig naamwoord)
Uitdrukkingen en gezegden
♦ op armlengte
onder handbereik, goed bereikbaar
Synoniemen
armslengte
Gepubliceerd op 31-10-2017
armlengte
betekenis & definitie