Gepubliceerd op 31-10-2017

alla

betekenis & definitie

alla - Tussenwerpsel
1. als aansporing: kom op
Ze schreef: ‘Ik hou ontzettend veel van jou en ben nog steeds ontzettend blij met de aandacht die jij me toen, in een bepaalde periode, hebt gegeven. Ik had dat nodig weet je.’ Alla, hoofdstuk Claudia gesloten.
2. als toegeving: vooruit dan maar, laat het maar zo zijn
En had er geen kopieerapparaat stand-by kunnen staan om bij een tekort aan hand-outs, wat nogal eens voorkwam, een paar exemplaren extra te kopiëren? Maar alla, een kniesoor die daarover valt. De organisatie kan en mag terugkijken op een geslaagd colloquium.

Woordherkomst
misschien ontstaan onder invloed van het Spaanse woord olé

Synoniemen
[1] komaan, vooruit
[2] het zij zo