afgod - Zelfstandignaamwoord
1. een andere god dan de ene God; een "valse" god
♢ Gij zult geen afgoden vereren, maar Mij alleen aanbidden en boven alles beminnen.
2. iemand of iets wat als een god vereerd wordt
♢ Zijn vrouw is zijn afgod.
♢ De beroemde voetballer is de afgod van veel kinderen.
♢ De auto is voor veel mannen hun afgod.
Woordherkomst
van Oudernederlands: afgot, dat mogelijk een leenvertaling van Gotisch afguþs (goddeloos); op te vatten als samenstelling van af (bijwoord) en god (zelfstandig naamwoord);
Synoniemen
idool
Gepubliceerd op 31-10-2017
afgod
betekenis & definitie