Gepubliceerd op 31-10-2017

aanschikken

betekenis & definitie

aanschikken - Werkwoord
1. ergatief aan tafel plaatsnemen
Toen hij thuis kwam was het eten al klaar. Hij kon meteen aanschikken.
2. dichter bij elkaar gaan zitten

Woordherkomst
samenstelling van aan(voorzetsel) en schikken(werkwoord)

Synoniemen
[1] aanschuiven