Onderbewust. Dat gedeelte van het zieleleven, waarin niet alleen het gevoelsleven is geworteld en de intuïtie zetelt, maar dat ook voor een groot deel de bouwstoffen levert van het bewuste denken.
Tusschen het bewuste en het onbewuste vindt men allerlei trappen van overgang, en voortdurend gaan beide in elkander over. De indrukken die wij onophoudelijk van de buitenwereld in ons opnemen, worden voor een groot deel in den vorm van herinneringssporen opgestapeld, zonder dat wij daarvan bewustzijn hebben. Zij kunnen dan later in den droom of ook in het waakleven plotseling voor ons oprijzen, den schijn aannemend van mystérieuse ingevingen van een bovennatuurlijk karakter. Evenzoo kunnen zij deel gaan uitmaken van bewuste complexen, zonder dat wij het aandeel dat zij daarin nemen bevroeden. Juist in die laatste gedaante speelt het onbewuste een zoo voorname rol in de psychanalyse, die bij hare therapie de storende onderbewuste complexen zoekt op te heffen door ze aan ’t licht te brengen en in hun ware wezen bloot te leggen om ze daardoor van hun schadelijken invloed te ontdoen.
