Klimgeit - slang voor een renner die zich thuis voelt in de bergen, een goede klimmer. Syn: berggeit. Vgl. Fr. marchand de cols raides, cötier, ascenseur; Eng. climber.
Ik beleefde het tijdperk van de klimgeiten mee, Féderico Bahamontes, de Spanjaard, en Charly Gaul, de Luxemburger. - Henk Zorn, Wielersport (1986)