Vondel zegt in zijn grafschrift op Jacob van Campen : d'Aertsbouheer uit den stam Van Campen rust hieronder, Die 't Raethuys t'Amsterdam Gesticht heeft, 't achtste wonder.
De Ouden kenden n.1. zeven wonderen der wereld, voortbrengselen van menschelijken arbeid of kunst in verschillende landen, die om hun buitengewone grootte of zeldzame schoonheid ieders bewondering opwekten. Het waren:
1. De Piramiden van Egypte, waarvan nog overblijfselen bestaan. Zij werden + 2000 v. C. en later als koningsgraven gebouwd. De grootste is die van Cheops, oorspr. 233 M. breed en 146 M. hoog (thans nog resp. 227 en 137 M.). Zij zijn met hun zijden precies naar de 4 hoofdwindstreken gekeerd. Men vindt er -j- 60. «
2. De hangende tuinen van Babylon (thans verdwenen). Het waren verwonderlijk grote terrassen, die op pilaren rusten, waarschijnlijk gebouwd om in deze vlakke streken vergezichten te hebben.
3. De tempel van Diana te Ephese met het beeld van Diana (jachtgodin), dat uit den hemel gevallen was. Hij werd moedwillig verwoest door zekeren Herostratus (in den nacht dat Alex. de Groot geboren werd), die op die wijze zijn naam wilde vereeuwigen; maar de tempel werd nog schooner herbouwd. Ook Paulus maakt er melding van.
4. Het beeld van Jupiter te Olympia, door den Atheenschen beeldhouwer Pheidias vervaardigd (5e eeuw v. C), een wonder der kunst.
5. Het Mausoleum (z. d. w.) te Halicarnassus.
6. De Colossus van Rhodus. Een colossus (kolos) noemden de Grieken een standbeeld van buitengewone grootte. Het beroemdste was de koperen colossus, welke op het eiland Rhodus (Grieksche Zee) aan den ingang der haven werd opgericht (300 v. C.) en den zonnegod voorstelde. Hij had een boog in de eene (pijlen = lichtstralen) en een schaal, waaruit vlammen opstegen, in de andere hand. Zijn hoogte bedroeg 34 M. en zijn gewicht 900000 pond. Na 56 (of 66) jaar werd hij bij een aardbeving verwoest en is niet meer opgebouwd. Negen eeuwen later (653), toen de Arabieren het eiland veroverden, verkocht hun veldheer aan een Jood uit Odessa het nog overgebleven koper, waarvoor 600 kamelen ten vervoer noodig waren. Ons woord kolossaal herinnert nog aan den Colossus.
7. De Pharus bij Alexandrie, een vuurtoren op een dagreis afstand van den Nijlmond. Hij was gemetseld op het eilandje (een rots) Pharus (283 v. C.) met een hoogte van 170 M. en kostte omstreeks 2K mill. gulden. Men zegt, dat zijn licht 7 uur in den omtrek te zien was. Hij bleef nog staan tot in de 14e eeuw, maar is toen verwoest, men weet niet waardoor. De Franschen noemen nog steeds een vuurtoren een phare en de Italianen een) aro.