Jachtclub - vereniging van jachteigenaren, soms gecombineerd met een roeivereniging. Het ideaal voor een jachtclub en haar leden is een eigen jachthaven, clubgebouw, winterstalling, reparatiewerkplaats, enz.
Sommige clubs zijn voornamelijk gezelligheidsvereniging met sociëteiten, in tegenstelling tot de zeer actieve clubs die wedstrijden organiseren, vaarcursussen houden, deskundige sprekers uitnodigen e.d, De eerste jachtclub werd in 1720 in Ierland opgericht: de Water Club of the Harbour of Cork, sinds 1830 Royal Cork Vacht Club geheten. De tweede club was de Cumberland Pleet in 1775, nu Thames Yacht Club, gevestigd in Londen. Ook het Royal Yacht Squadron heeft bij zeezeilers een bekende naam. Zij werd in 1815 onder de naam Royal Yacht Club opgericht.
In Nederland begon het in Rotterdam, In 1846 werd daar de Koninklijke Nederlandsche Yachtclub opgericht. Zij had echter een kortstondig bestaan, maar was aanleiding tot de oprichting van andere clubs. ïn 1847 volgde Amsterdam met de (later Koninklijke) Nederlandsche Zeil- en Roeivereeniging; deze organiseerde in 1848 de eerste zeilwedstrijden op het Buiten-IJ. De ontwikkeling in Friesland ging gelijk op. Uit 1848 dateert de Koninklijke Zeilvereeniging ‘Oostergoo’.
Door toedoen van de KNZRV ontstond in 1890 voor de veie inmiddels ontstane jachtclubs, de Verbonden Zeilvereenigingen van Nederland en België. In 1920 werd voor de Belgische jachtclubs het Koninklijk Belgisch Yachting Verbond (Fédération Royale du Yachting) opgericht. De Nederlandse organisatie werd toen Verbonden Zeilvereenigingen genoemd, en heet sinds 1970 → Koninklijk Nederlands Watersport Verbond. Hierbij zijn bijna alle Nederlandse Watersportverenigingen aangesloten. Dat zijn er ongeveer 170! Een club, specifiek opgericht voor eigenaars van motorjachten, is de in 1907 opgerichte → Koninklijke Nederlandsche Motorboot Club.
