is een term uit de muziek, die betekent, dat de melodie versierd is met allerlei trillers en dergelijken muzikalen opsmuk. In de 16de eeuw deed men veel aan coloratuurmuziek op instrumenten, in de 17de en 18de eeuw, den bloeitijd van de Italiaanse opera, paste men de coloratuur ook, toe op den zang.
In verschillende opera’s komen coloratuurpartijen voor, die van den zanger of de zangeres een heel aparte studie vereisen, wil men het er goed afbrengen. In den allerlaatsten tijd raakt evenwel de coloratuur uit de mode.